Plannen zonneparken kunnen verder

20 november 2020

Met instemming van de gehele gemeenteraad is donderdagavond 19 november een definitieve verklaring van geen bedenkingen afgegeven voor de realisatie van twee zonneparken in Laarbeek; de Blauwe Poort en Liesvelden. Tevens is ingestemd met het instellen van een bestemmingsreserve ‘rendement grootschalige opwek’. Deze heeft een voorlopig plafond van €200.000 en wordt gevuld door de exploitanten van de zonneparken. Het geld wordt gebruikt voor verbetering van het buitengebied. De precieze voorwaarden daarvoor worden later vastgesteld.

Er waren nog wel een flink aantal vragen, vooraf en tijdens de vergadering, die echter tot tevredenheid werden beantwoord. Zo had PNL vragen over o.a. te betalen leges, aansluitkosten, subsidieregelingen, het profijtplan en een aantal technische vragen. Alle vragen van PNL en de antwoorden daarop zijn te lezen onderaan dit bericht.

Voordat daadwerkelijk begonnen kan worden met de aanleg van de zonneparken zijn er nog een aantal mogelijkheden voor het aantekenen van beroep tegen de plannen.

————————————————————————

Schriftelijke vragen PNL en de antwoorden daarop:

Voor wie zijn de aansluitingskosten tot een geschikt aansluitpunt?

Zijn voor rekening van de ontwikkelaar(s);

Is de netbeheerder verplicht elke opdracht tot aansluiting te realiseren, ook als dat betekent dat het reeds bestaande net daardoor verzwaard moet worden?

De netbeheerder maakt haar eigen afweging als het gaat om het toelaten van een project (zoals een zonnepark) tot het hoofdnet. Ontwikkelaars dienen zelf te zorgen voor toestemming van de netbeheerder en de netbeheerder bepaalt zelf wie zij toelaten.

Aansluitingen kunnen door de netbeheerder geweigerd worden als het net daar niet tijdig voor verzwaard kan worden. Dit heet de transportschaarste-aanpak.

Indirect kunnen (toekomstige) capaciteitsproblemen  op het netwerk van invloed zijn op onze doelstellingen en/of die van de regio (MRE/Provincie) gezien de duurzaamheidsdoelstellingen. Dit speelt voor de plannen die nu voorliggen niet. In regionaal verband wordt onderzocht op welke wijze op de korten en langere termijn meer capaciteit gerealiseerd kan worden. Hierover vindt overleg plaats met de netbeheerders.

Zijn er naast de subsidie (SDE+) nog andere regelingen die gelden voor de zonneparken? Denk hierbij aan saldering, fiscale voordelen e.d.

Nee. Regelingen kunnen niet gecombineerd worden.

Worden er voor de zonneparken leges gevraagd? En zo ja, welk tarief moet hiervoor worden betaald?

Ja leges worden in rekening gebracht voor het in behandeling nemen van de aanvragen voor een omgevingsvergunning (bouwen en buitenplans afwijken van het bestemmingsplan) en zijn gebaseerd op de legesverordening 2020 (tarieventabel). Deze bedragen de zonneparken Liesvelden/Snelle Loop en de Blauwe Poort

€ 56.857,94 en € 31.871,06. Het verschil zit hem in het aantal panelen wat per park gerealiseerd gaat worden/de schaalgrootte. Naast de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag/aanvragen omgevingsvergunning worden ook kosten bij de ontwikkelaar in rekening gebracht voor het opstellen van de anterieure overeenkomst, het opstellen van een planschadeovereenkomst en de gemaakte kosten voor externe adviseurs (interne en externe kosten).

Nu heeft de minister via kamerbrief laten weten dat geen uitvoering wordt gegeven aan het indicatieve tracé Laarbeek-Echt/Susteren volgens de Structuurvisie Buisleidingen 2012-2035. Indien onverhoopt dit tracé wordt uitgevoerd, wat betekent dit dan voor dit zonnepark? Welke consequenties kan dit hebben en voor wie?

Niets.

Wanneer een aanvraag omgevingsvergunning voor het buitenplans afwijken van het bestemmingsplan wordt ingediend wordt getoetst aan de dan geldende regelgeving zoals geldende zones voor buisleidingen/infrastructuur. Zolang voornoemd tracé nergens planologisch is verankerd noch er geen concrete aanwijzingen zijn dat dat op kort termijn een dergelijk besluit wordt verwacht hoeft dit (tracé) niet in de beoordeling te worden betrokken. Daarnaast is een ieder in de gelegenheid gesteld een zienswijze tegen een ontwerpbesluit (op aanvraag omgevingsvergunning) in te dienen, ook exploitanten van buisleidingen kunnen dat. Dat geldt ook voor de definitieve omgevingsvergunning/definitieve verklaring van geen bedenkingen die binnenkort ter inzage zullen worden gelegd.

Overigens ligt het bedoelde leidingtracé Laarbeek-Echt/Susteren aan de westkant in onze gemeente (Lieshout-Mariahout) en is het daardoor op geen enkele manier van invloed op beide plannen voor zonneweides.

Er wordt gesproken over in eerste instantie ‘minimale’ landschappelijke inpassing. Wat wordt hier mee bedoeld? En wat wordt bedoeld met meervoudig ruimtegebruik?

Met de minimale variant bedoelen we de variant gebaseerd op grond van de aanvraag omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan gelet op de ruimtelijke regelgeving, zoals ons eigen landschapsontwikkelingsplan en de regels die in het kader van de provinciale interim omgevingsverordening daarover zijn opgenomen. Zonder goed landschappelijk inpassingsplan mag een omgevingsvergunning ook niet worden verstrekt. Deze inpassingsplannen zijn voor beide zonneparken voor dat doel als voldoende (robuust) beoordeeld. In een anterieure overeenkomst wordt de realisatie en het in stand houden van de landschappelijke inpassing geborgd en op de naleving ervan wordt gecontroleerd en zo nodig handhavend opgetreden.

Gelet op de randvoorwaarden als omschreven in de Visie Grootschalige Opwek van Duurzame Energie (door de raad in 2010 vastgesteld) zijn er voorwaarden verbonden aan plannen voor een zonne- en windpark. Voor plaatsing van projecten in het buitengebied neemt deze visie de Omgevingsvisie Buitengebied Laarbeek (af te ronden in 2020) als vertrekpunt. De Omgevingsvisie onderscheidt acht verschillende landschapstypen in Laarbeek, die zijn gebaseerd op het Landschapsontwikkelingsplan De Peel (2012) en ons gemeentelijke Landschapsontwikkelingsplan (2003). Ten tijde van de ingekomen principeverzoeken zijn de plannen reeds daarop beoordeeld.

Hoofdstuk 4 van de Visie zoomt in op de landschappelijke inpassing van zonneparken. Er wordt onder meer gekeken naar het landschapstype (is dat geschikt voor zonneparken en zo ja op welke wijze kan het plan worden ingepast rekening houdend met het daar geldende  landschapstype?),  de locatie van het zonnepark, de omvang  en verder worden/zijn plannen getoetst aan het aspect meervoudig gebruik.

het project zet uiteen of en hoe er sprake is van meervoudig ruimtegebruik en hoe dit aansluit op de kernkwaliteiten het landschap, bijvoorbeeld door natuurontwikkeling, waterretentie, recreatie, de versterking van landschappelijke structuren, het versterken van een EVZ of toekomstig gebruik.

Deze randvoorwaarden gaan verder dan de randvoorwaarden die op grond van de ruimtelijke regelgeving  ten aanzien van een aanvraag omgevingsvergunning worden gesteld (vandaar dat in die situatie gesproken wordt van een minimale variant). Bij de beoordeling van de plannen voor een zonnepark is ook getoetst aan de Visie.

In de samenwerkingsovereenkomst en bijbehorend communicatie- en participatieplan worden  nadere eisen gesteld om het betrekken van het betrekken van omwonenden en belangenorganisaties zoals Stichting Platform Duurzaam Laarbeek, de Heemkundekring, het Waterschap enzovoorts. De doelstelling is om in overleg met elkaar en rekening houdend met elkaars belangen het meervoudig gebruik en de verdere verbetering van de kwaliteit van het buitengebied verder vorm wordt gegeven. Net als bij de anterieure overeenkomst geldt ook bij de SOK’s dat afspraken niet vrijblijvend zijn maar dat bij het niet nakomen van de verplichtingen de gemeente handhavend op kán treden.

De minimale landschappelijke inpassing geeft de initiatiefnemers de ruimte om zonder tijdsdruk met verschillende stakeholders invulling te geven aan de landschappelijke inpassing. Hoe en door wie wordt erop toegezien dat de plannen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd?

Zie onder 6; juridische handhaving is in deze een taak voor de gemeente. We gaan ervan uit dat in de praktijk alle participanten/stakeholders aan de bel zullen trekken als zij veronderstellen dat afspraken niet of onvoldoende worden nagekomen;

We constateren dat er verschillen zijn tussen de samenwerkingsovereenkomsten van de voorliggende partijen. Waarom is/wordt niet gekozen voor dezelfde uitgangspunten?

Dat heeft te maken met maatwerk: elk plan ligt in een ander gebied, heeft een andere omvang/schaalgrootte en verder biedt de Visie Grootschalige Opwek verschillende mogelijkheden om bijvoorbeeld participatie (procesmatig/financieel) en het onderdeel meervoudig gebruik vorm te geven.  Hoewel plannen nooit 1-op-1 zijn te vergelijken denken we voor beide plannen goede afspraken te zijn overeengekomen waar omwonenden, organisaties en anderen van zullen profiteren.. En last but not least is het de intentie (zie het voorliggend raadsvoorstel) om een bestemmingsreserve in te (laten) stellen om van daaruit projecten te financieren die de kwaliteit van het buitengebied zullen verbeteren en die een relatie hebben met zonneparken.

Het op te stellen profijtplan is belangrijk voor de verdere uitwerking van de plannen. Kan dit plan ter kennisneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad bv via de commissie?

Dat is de opzet ja.

Terug naar het overzicht

Nieuwsbrief

Wilt u graag op de hoogte blijven van PNL? Met onze digitale nieuwsbrief ontvangt u automatisch aan het eind van iedere maand een overzicht van onze nieuwsberichten.